maandag 14 mei 2007

Zandschrift

Jezus bukte zich en schreef met zijn vinger op de grond. Toen ze bleven aandringen, richtte hij zich op en zei: ‘Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen.’ Hij bukte zich weer en schreef op de grond.
John 8:6-8

REFLECTIE
Alle ogen waren gericht op Jezus – en normaal gesproken is dat een goede zaak. Niemand had oog voor de vrouw die daar stond, huilend, vernederd, angstig en wanhopig wachtend op het oordeel.
De wet was streng, de wet was duidelijk en dat wist zij waarschijnlijk ook. Volgens de wet moest deze overspelige vrouw gestenigd worden en aan Jezus de eer om het laatste oordeel uit te spreken…
Waarom waren deze mannen zo geïnteresseerd in het oordeel van Jezus? Johannes vertelt ons dat ze hun vraag 'Wat vindt u daarvan?' alleen stelden om Jezus in de val te laten lopen zodat ze hem konden beschuldigen. De hypocrieten waren totaal niet geïnteresseerd in die arme vrouw die zij misbruikten voor hun valse plan.

GEBED
Lieve Heer Jezus, ik ben zo blij dat het laatste oordeel alleen door u uitgesproken zal worden. Wij zouden allemaal net zo bang en wanhopig zijn als die arme vernederde vrouw wanneer de schijnheiligen van deze wereld het laatste woord hadden. Bij u zijn we veilig, want van u ontvangen we pure gerechtigheid, zuivere liefde en genade.
Zie hoe de hypocrieten met de staart tussen de benen afdruipen. Zie de vrouw, opgelucht, bevrijd en in eer hersteld door u, de enige die in de positie is een zuiver oordeel uit te spreken, omdat u zelf zonder zonden bent. Uw vinger wees niet naar haar en uw stem sprak niet om haar te bedelven onder een woordenregen van beschuldigingen. Ik weet niet wat u in het zand schreef, maar ik weet dat u van deze vrouw hield en haar vrijsprak met woorden van vergeving en genade: ‘Ga naar huis, en zondig vanaf nu niet meer.’ Zo spreekt mijn Heer!