zondag 11 maart 2007

Geloof Hem op zijn woord

Hij ging in Galilea weer naar Kana, waar hij van water wijn had gemaakt.
Er was daar een hoveling uit Kafarnaüm wiens zoon ziek was. Omdat hij gehoord had dat Jezus uit Judea naar Galilea was teruggekeerd, was hij naar hem toe gekomen, en nu vroeg hij of Jezus mee wilde gaan om zijn zoon, die op sterven lag, te genezen. Jezus zei tegen hem: ‘Als jullie geen tekenen en wonderen zien, geloven jullie niet!’ Maar de hoveling drong aan: ‘Heer, ga toch mee, voordat mijn kind sterft.’ ‘Ga maar naar huis,’ zei Jezus, ‘uw zoon leeft.’ De man geloofde wat Jezus tegen hem zei en ging weg. En terwijl hij nog onderweg was, kwamen zijn dienaren hem al tegemoet om te zeggen dat zijn kind in leven was. Hij vroeg hun sinds wanneer het beter met hem was gegaan. Ze zeiden: ‘Gisteren, een uur na de middag, is de koorts verdwenen.’ De vader besefte dat dat het moment was dat Jezus tegen hem gezegd had ‘uw zoon leeft’. Hij kwam tot geloof, hij en al zijn huisgenoten. Dit deed Jezus toen hij uit Judea naar Galilea was teruggekeerd; het was zijn tweede wonderteken. Johannes 4:46-54

REFLECTIE
Volgens Johannes was de genezing van de zoon van de hoveling Jezus' tweede wonderteken. Het eerste wonder verrichtte Jezus tijdens de bruiloft te Kana, waar hij water in wijn had veranderd. Johannes wijst met nadruk op deze wondertekenen, omdat we gemakkelijk onder de indruk komen van spectaculaire gebeurtenissen, terwijl we voorbijgaan aan het doel en de diepere betekenis van dergelijke wonderen.
Sta eens stil bij de eerste reactie die Jezus geeft wanneer de hoveling hem aanspreekt. Deze wanhopige vader was van Kafarnaüm naar Kana gekomen om Jezus uit te nodigen voor een bezoek aan zijn huis, om daar zijn doodzieke zoon te genezen. Jezus zei tegen hem: “Als jullie geen tekenen en wonderen zien, geloven jullie niet.” Vergeet niet dat deze woorden in het juiste verband gelezen moeten worden. Jezus was zojuist teruggekeerd uit Samaria, waar de mensen hem hadden aanvaard als de Christus, de Redder van de wereld. Maar in dit gebied, in zijn eigen thuisland, werd Jezus door zijn Galileese volksgenoten niet geaccepteerd. Jezus werd in zijn vaderland niet geëerd – men wilde alleen een wonder zien of een spectaculaire schoonmaakactie meemaken, zoals in de tempel. Maar deze keer gebeurt het wonder buiten het gezichtsveld van de nieuwsgierige menigte. De bezorgde vader geloofde Jezus op zijn woord en vertrouwde erop dat de Heer zijn zoon op afstand kon genezen, gewoon door te zeggen: “Ga maar naar huis. Uw zoon leeft.”

GEBED
Trouwe Heer, dank u voor dit prachtige geloofsgetuigenis van een vader – we weten niet eens hoe hij heet – maar u verhoorde zijn gebed zonder de op sensatie beluste toeschouwers een aanleiding te geven om alleen maar over u te praten. Soms raakte u mensen aan, soms probeerde zij zo dicht mogelijk bij u in de buurt te komen om aangeraakt en genezen te worden – maar in dit geval verrichtte u een wonder op afstand. Vandaag kunnen wij niet lichamelijk bij u in de buurt komen, maar wij willen uw aanwezigheid zoeken met het oprechte geloof van deze vader. Wij vertrouwen erop dat u nog steeds wonderen op afstand kunt doen en dat u onze zuivere motieven herkent wanneer wij u benaderen met een eerlijk gebed. Wij kunnen u niet zien met onze menselijke ogen, maar we weten dat we u nog altijd op uw woord kunnen geloven.