maandag 17 maart 2008

Kleur bekennen

Na deze gebeurtenissen vroeg Josef uit Arimatea – die uit vrees voor de Joden in het geheim een leerling van Jezus was – aan Pilatus of hij het lichaam van Jezus mocht meenemen. Pilatus gaf toestemming en Josef nam het lichaam mee. Nikodemus, die destijds ’s nachts naar Jezus toe gegaan was, kwam ook; hij had een mengsel van mirre en aloë bij zich, wel honderd litra. Ze wikkelden Jezus’ lichaam met de balsem in linnen, zoals gebruikelijk is bij een Joodse begrafenis. Dicht bij de plaats waar Jezus gekruisigd was lag een olijfgaard, en daar was een nieuw graf, waarin nog nooit iemand begraven was. Omdat het voor de Joden voorbereidingsdag was en dat graf dichtbij was, legden ze Jezus daarin. (Joh. 19:38-42)

REFLECTIE

Wie is er een held? Wie durft onverschrokken altijd en overal uit te komen voor zijn geloof in Jezus Christus?
Josef uit Arimatea had kennelijk veel te duchten van dezelfde mannen die Jezus hadden laten veroordelen en kruisigen. Hij moest op z'n tellen passen. Uit het evangelie van Matteus weten we dat deze Josef een rijke man was en dat het nieuwe graf waar hij Jezus naartoe bracht eigenlijk voor hemzelf bedoeld was. Maar Josef had meer respect dan angst, meer liefde dan vrees. Hij kwam uit de anonimiteit naar voren, benaderde Pilatus en zorgde er persoonlijk voor dat het lichaam van zijn Heer een fatsoenlijke joodse begrafenis kreeg.
Nikodemus zijn we al tegengekomen in Johannes 3. Hij was een hooggeplaatst farizeeër, een joodse leider. In Johannes 7:50 zie we dat hij zich durfde uit te spreken voor een eerlijke rechtsgang. Nu Jezus gestorven is en Nikodemus zich beter gedeisd kan houden, bekent ook deze dappere, rechtschapen man kleur. Hij geeft een vermogen uit om het lichaam van zijn Heer te balsemen en samen met Josef van Arimatea bewijst hij zijn Heer de laatste eer.

GEBED
Heer Jezus, we staan stil bij uw kruisdood. We hebben ons vaak een voorstelling gemaakt van uw lijden en sterven, maar goedbeschouwd was uw dood onvoorstelbaar wreed en ongelofelijk pijnlijk. Dank U dat U deze gruwelijke dood wilde sterven om ons te verlossen van schuld en het eeuwige leven te schenken.
Dank U ook voor de levens van Nikodemus en Josef van Arimatea. Toen het er echt op aan kwam, zijn deze mannen dapper naar voren gekomen en hebben zij kosten noch moeite gespaard om U eer te bewijzen. Misschien waren zij geen radicale bekeerlingen die ogenblikkelijk alles loslieten om U onmiddelijk te volgen. Waarschijnlijk hadden zij veel te verliezen en liepen zij grote risico's. Maar wij zien hoe U geleidelijk in hun levens tot uw doel komt en hoe deze mannen hun angst verloren en een krachtig getuigenis van hun liefde voor U hebben achtergelaten.